voorbereiding verbindingen tussen belgië en nederland

Er wordt op vele fronten druk overleg gevoerd over verbetering van de treinverbindingen tussen Nederland en België. Hierbij richt EurekaRail zich op 3 belangrijke grensoverschrijdende trajecten:

Stakeholders voor plannen winnen

Het is allereerst een uitdaging om de vele betrokken partijen op één lijn te krijgen. Het gaat hierbij niet alleen om de railvervoerders NS, NMBS en Arriva en de railbeheerders ProRail en InfraBel. Ook overheden op diverse niveaus – van de Nederlandse ministeries van Infrastructuur en Milieu en Economische Zaken en de Belgische federale overheid, tot provincies, gewesten en gemeenten – moeten zich achter de plannen kunnen scharen. Dit geldt verder voor reizigersorganisaties als Rover en instellingen zoals de Inspectie voor de Leefomgeving en Transport (ILT). Kortom, er is sprake van een groot aantal belanghebbenden.

Gezamenlijke belangen

EurekaRail zet daarom allereerst in op het zichtbaar maken van de gezamenlijke belangen en oog voor elkaars belangen. De toegevoegde waarde van betere grensoverschrijdende treinverbindingen is helder: snel en comfortabel vervoer zal meer treinreizigers aantrekken. Daarnaast zijn er voor alle betrokken regio’s duidelijke economische voordelen. Niet alleen voor de toeristische sector in bijvoorbeeld Limburg en de Luikse Ardennen. Ook de industrie – zoals Nedcar in Born en de Chemelot Campus in Geleen – heeft belang bij een goede verbinding met het Antwerpse havengebied. En dat geldt voor Antwerpen evengoed in omgekeerde richting.

Drielandentrein

De komst van de Drielandentrein, een intercity Luik – Maastricht – Heerlen – Aken, kan een belangrijke doorbraak betekenen voor verdere verbetering van de grensoverschrijdende treinverbindingen tussen België en Nederland.